StudentenLening

Aanvullende beurs

Met een aanvullende beurs kan de basisbeurs aangevuld worden voor de kosten voor je studie en levensonderhoud. Vaak kunnen je ouders dan bijspringen, maar soms ook niet. Indien je ouders onvoldoende inkomsten hebben om jou van aanvullende financiele middelen te voorzien, kun je van de DUO een aanvullende beurs krijgen.





Voorwaarden aanvullende beurs

Om in aanmerking te komen voor de aanvullende beurs dienen je ouders hun gezamenlijke inkomsten te berekenen. Hierbij dienen ze uit te gaan van de inkomsten van de afgelopen twee jaar, zodat eventuele pieken en dalen worden voorkomen en het gemiddelde inkomen overblijft. Ook kunnen je ouders studieschulden die ze misschien zelf hebben van het gezamenlijke inkomen afhalen. De richtlijn van de DUO bepaalt dat indien je ouders gezamenlijk minder dan 25.000 euro verdienen, jij in aanmerking komt voor een aanvullende beurs.

Aanvullende voorwaarden

Indien je broertjes of zusjes hebt, kan de hoogte van je aanvullende beurs hoger of lager uitvallen. Tot slot merken we nog op dat ook de aanvullende beurs een prestatiebeurs is, met alle voorwaarden van dien.

Hoogte aanvullende beurs

Het bedrag van de aanvullende beurs hangt af van de studievorm. De aanvullende beurs voor MBO bedraagt: thuiswonend € 316,44 en uitwonend € 336,83. Voor het HBO en de Universiteit bedraagt de aanvullende beurs : thuiswonend € 250,33 en uitwonend € 229,94. Overigens is de aanvullende beurs voor het MBO nog eens € 88,75 lager indien er geen lesgeld wordt betaald. Indien dit niet volstaat, kun je gebruik maken van het extra collegegeldkrediet.

Aflossen aanvullende beurs

De aanvullende beurs dient afgelost te worden conform de draagkrachtregeling. Dit betekent dat je pas hoeft af te lossen als je bent afgestudeerd en dat afgestudeerden pas hoeven af te lossen als ze genoeg verdienen. Wel is recent de afbetaaltermijn verlengd, van vijftien naar twintig jaar. Hierdoor wordt de maandelijkse aflossing lager. Overigens blijft het mogelijk om sneller af te lossen. Mocht er nog restschuld staan na twintig jaar, dan wordt die kwijtgescholden.